Over scherpe ogen, scherpe oren, thuis-determinatie en verstopte waterhoenen.
Ondanks afschrikwekkende verslagen over kleine bootjes in storm en regen (en zingende sirenen), was er toch een mooie opkomst voor de excursie naar de Nieuwkoopse Plassen op zaterdagmorgen om zeven uur bij de Papaver. Vijftien deelnemers: twee achtpersoonsbootjes vol, want de 16e deelnemer zou aansluiten in Noorden bij de bootverhuur. Zo reden we tijdig van Delft via Alphen en Nieuwkoop naar het plaatsje Noorden. Volgens afspraak gingen we om iets voor acht uur de boot in op het vertrekpunt bij de kerk/kapel. Het was nog fris maar wel droog.

Al snel na vertrek hoorden we de kleine karekiet kraken in het riet, en niet veel verderop de wat muzikalere rietzanger. Die laatste soort hoorden we de hele vaart lang, vrijwel overal. En natuurlijk was deze soort ook vaak goed te zien. Direct in het eerste stukje van de vaart hoorden we al zwartkopmeeuwen roepen (beetje katachtige roep, terwijl kokmeeuwen vooral krijsen). We krijgen ze niet direct goed te zien.
Iets verderop zit een grote kokmeeuwenkolonie waar we nog even stopten en tegen het licht (en tegen beter weten) in probeerden de zwartkopmeeuwen tussen de kokmeeuwen te ontwaren. Visdiefjes lieten zich wel onderscheiden. We vervolgden de rode vaarroute tussen de rietlanden door, met een lekker gevoel van onthaasting dankzij de fluisterstille bootjes en het rustige vaartempo. Al snel waren ook zwartkop en tuinfluiter te horen en kon er worden geoefend op het onderscheid tussen die twee.
De jodelende roep van de wulp hadden we al diverse malen gehoord maar we krijgen nu ook een paartje heel goed te zien: ze zaten in het rietland op slechts enkelen meters afstand: wat een schitterende beesten zijn het! In de verte zagen we ook een van de wenssoorten van vandaag: een purperreiger. De vlucht ging voor de boot langs en zo kon iedereen ‘m toch even bewonderen.
De zwarte stern, de andere vogelsoort die ook typisch is voor het Nieuwkoopse Plassen gebied liet het de hele tocht afweten. Ondertussen konden we wel een boompieper bewonderen: hij liet zich goed horen en demonstreerde zijn typische baltsvluchten. De koekoek hadden we ook al een paar keer gehoord en zien vliegen, maar nu zagen we er eentje mooi in een boom zitten, dus die gingen we langzaam van dichterbij bekijken.
Een prachtige purperreiger sprong op en vloog er vandoor. De koekoek bleef gelukkig zitten en kon door iedereen gespot worden, tot het andere bootje dichterbij kwam en ook die opvloog. Onder het genot van melodische vogelzang (zanglijster, tuinfluiter, en andere huis-,tuin- en keuken-vogels) voeren we de route uit. Een enkeling had onderweg misschien toch een glimp van een zwarte stern opgevangen (gelukkig staat de Zouweboezemexcursie volgende week op het programma en garant voor zwarte stern). Routineus werden de bootjes weer aangelegd bij de verhuur en daarna kwamen we toe aan koffie (en appeltaart).
Na -gepraat, koffie en verrekening van de boothuur vervolgden we de excursie in de Groene Jonker. Dat ligt een kleine 5 minuten rijden voorbij Noorden. Gewapend met kijkers en een aantal telescopen betraden we het gebied. In de verte waren direct enkele zwarte sterns te zien die ook vrij snel weer uit het zicht verdwenen. Er stond een licht windje en daardoor was het iets uitdagender om de vogels te ontdekken. Natuurlijk waren kleine karekiet en rietzanger weer van de partij.
Op de plas ontdekten we diverse watervogels, waaronder geoorde futen (heel herkenbaar aan de duikactie zodra hun exacte locatie werd uitgelegd) en een (voor deze tijd van het jaar) grote groep smienten (10+). Niet veel later werd de eerste blauwborst gehoord en gespot. Snor was ook te horen maar werd (helaas) niet gezien. In dit gebied lopen de padjes mooi tussen de stukken riet en struikgewas door waardoor je relatief dicht op de vogels zit. Rietgorzen wilden ondanks de wind wel boven in de stengels gaan zitten. Op een windstille dag hadden we vast nog meer zangers zo kunnen spotten.
Iets verderop hadden de scherpe ogen van Alfred een roofvogel in het vizier: hoog in de lucht maar toch te determineren als boomvalk. Zo’n beetje halverwege het gebied is een mooi plekje met zicht over de plas met veel kokmeeuwen in de verte, en een goed bosje voor bosrietzanger, maar alleen een winterkoning liet zich er horen .. tot er een snelle roofvogel aan kwam vliegen die het bosje in dook: een havik!
Er was nog meer spektakel: een donkere meeuw-achtige vogel kwam van achteren langszij. Het was een wendbare vogel met hangbuik, fors postuur maar toch ranke puntige vleugels: duidelijk het silhouet van een jager. Bijzonder om zo’n zeevogel hier te zien, toch al een aardig stukje landinwaarts. De verwondering te boven gekomen pakten de cameramannen (Kees, Alfred, Raymond) snel hun toestel en konden nog een paar plaatjes schieten, al was de vogel inmiddels al wat verder door gevlogen. In de verte zagen we wat kokmeeuwen in actie komen toen de jager de kolonie overvloog, maar een jager is overduidelijk oppermachtig in het luchtgevecht en niet onder de indruk van een paar kokmeeuwen. We bleven zitten met de vraag welke jagersoort het betrof: kleinste, kleine, middelste of grote? De eerst en de laatste vielen vrij snel af als optie. De foto’s op de camera’s, voor zover scherp genoeg, lieten wel iets van een uitstekend puntje zien op de wigvormige staart maar het gaf niet direct uitsluitsel.

Nog lang onder de indruk van onze bijzondere waarneming, wandelden we het rondje Groene Jonker af. Al een tijdje waren we verbaasd over de absentie van een gewone soort als waterhoen. Een enkeling had ‘m wel gehoord maar nog niemand had er (bewust) één gespot. Terug bij de parkeerplaats naast de boerderij beraamden we nog een plan voor het vervolg. Sommigen keerden al huiswaarts, maar de rest ging mee naar de volgende uitstap.
‘Lusthof de Haeck’ ligt aan de zuidkant van de Nieuwkoopse Plassen, vlakbij het Oude Meije riviertje. Het is niet heel bijzonder qua vogels, alhoewel je er maar zo een Waterhoen zou kunnen zien, maar qua vegetatie is het zeker interessant en sowieso leuk voor een korte wandeling. Met Kees Mostert’s scherpe oren in onze auto – de rest van Kees zat er ook bij trouwens – hoefden we alleen maar het raampje van de auto op tijd open te doen om spotvogel aan onze lijst toe te voegen. Hoe doet ie dat? Hoe dan ook, we stopten dus onderweg nog even op juiste plek om de prachtige spotvogelzang goed in ons op te nemen. Hij was niet te spotten, alhoewel er een bruine vogel boven in een van de bomen werd ontdekt. Dit bleek een zanglijster te zijn.
Daarna een klein stukje doorrijden en je staat bij de achteringang van de Haeck. Daar over de brug gekomen vervolgden we het bospad rechts, waar al vrij snel toch een leuke vogelsoort werd vernomen, wederom met hulp van Kees’ auditieve waarnemingsvermogen: een grauwe vliegenvanger. Ook voldoende scherpe ogen in de groep om die vervolgens nog te kunnen zien: heel fraai zat ie rustig op een dode tak voor een boomstam. Vervolgens bewonderden we o.a. (rode) vuurjuffers en ronde zonnedauw die hier ook te vinden zijn. Ook (echte en ‘onechte’) koekoeksbloemen waren te zien. De drassige bodem in dit gebied biedt interessante flora.

Aan de noordkant is weer zicht op de plassen en daar konden we met wat moeit toch af en toe een zwarte stern zien vliegen. We liepen nog een klein stukje over het fietspad, langs het bloemenrijke dijkje, maar behalve een paartje kneutjes vernamen we geen nieuwe soorten voor onze daglijst: zelfs de waterhoen liet zich maar niet zien. Ook niet op de terugweg door de Haeck. Terug bij de auto’s kon Alfred tussen de kokmeeuwen op het weiland nog een paar zwartkopmeeuwen ontdekken en ons die mooi in de telescoop laten zien. Een mooie afsluiter van een lekkere vogeldag. Nu alleen op de terugweg naar Delft nog even een hoentje (waterkip) scoren…dat zou toch een eitje moeten zijn. De praktijk bleek anders. Desondanks een fijne en gezellige excursie afgerond: iedereen bedankt voor de enthousiaste deelname!
Thuisgekomen, kwamen al snel berichten en bewijsplaten van Kees en Alfred op de mail binnen: de waarneming in de Groene Jonker betrof een Kleine Jager. We dachten de eersten te zijn met deze waarneming in de Groene Jonker op waarneming.nl, maar de volgende dag bleek iemand op waarneming.nl ons toch net voor te zijn geweest en ook foto’s gemaakt te hebben. Een 2e zomerkleed exemplaar met gestreepte onderzijde en een typisch puntige uitsteeksel aan de staartpunt (middelste jager heeft een stomp uitsteekseltje).
Soortenlijst (78):
Aalscholver, Bergeend, Blauwborst, Blauwe Reiger, Boerenzwaluw, Boompieper, Boomvalk, Brandgans, Bruine Kiekendief, Buizerd, Cetti’s Zanger, Ekster, Fazant, Fitis, Fuut, Geoorde Fuut, Gierzwaluw, Grauwe Gans, Grauwe Vliegenvanger, Groenling, Grote Bonte Specht, Grote Zilverreiger, Grutto, Havik, Holenduif, Houtduif, Huismus, Huiszwaluw, Kauw, Kievit, Kleine Jager, Kleine Karekiet, Kleine Mantelmeeuw, Knobbelzwaan, Koekoek, Kokmeeuw, Koolmees, Krakeend, Kuifeend, Lepelaar, Meerkoet, Merel, Nijlgans, Oeverloper, Pimpelmees, Purperreiger, Putter, Rietgors, Rietzanger, Roerdomp, Roodborst, Scholekster, Slobeend, Smient, Snor, Spotvogel, Spreeuw, Staartmees, Tafeleend, Tjiftjaf, Torenvalk, Tuinfluiter, Tureluur, Turkse Tortel, Vink, Visdief, Waterhoen, Wilde Eend, Winterkoning, Witte Kwikstaart, Wulp, Zanglijster, Zilvermeeuw, Zwarte Kraai, Zwarte Stern, Zwartkop, Zwartkopmeeuw