Gert is onze enthousiaste gids en veluwekenner. Ooit geboren en getogen op die droge zandgronden, waar eigenlijk niets wil groeien. De naam Veluwe komt dan ook van ‘vaele ouwe’, wat iets betekent als ‘slechte grond’. Dat in tegenstelling tot de zuidelijker gelegen Betuwe, wat staat voor ‘betere ouwe’. Vandaar dat daar wel appels groeien en op de Veluwe slechts dennenappels. Maar goed, daar kwamen we niet voor.
Met dertien man/vrouw gingen we naar de vale gronden waar wij op twee forse wandelingen getrakteerd zouden worden. Ongetwijfeld zouden we tegen het eind van de middag weer ‘moe maar voldoen naar huis gaan’, maar ik probeer altijd clichés te vermijden.
De ochtend wandeling was een grote ronde om een heidegebied bij Planken Wambuis. De bomen zaten al vol blad, en zo te horen ook vol vogels. Ze in de kijker krijgen bleek lastig; fotograferen erg moeilijk. We hadden al snel diverse vogels op geluid te pakken. Een piepje bleek van een glanskop te komen die we wel even te zien kregen. Al snel hoorden we in de verte het geluid van een Zwarte Specht, een soort die we later nog uitgebreid zouden zien. Tot iemand de pret drukte met de opmerking dat een vrouwtje koekoek ook geluiden kan maken die daar op lijken.
Bij het veld stonden twee reetjes te grazen; die leken zich nergens iets van aan te trekken. Op het veld ook diverse vogels als grote lijster, boompieper en veldleeuwerik. Maar ook de gekraagde roodstaart, en heel mooi, een fluiter, die flink wat herrie maakte.
Links lonkte een heideveld waar we van Gert eigenlijk nog niet naar mochten kijken want daar zouden we later zicht op krijgen. Toch snel even de Roodborsttapuit gescoord.
Op het pad langs het heideveld hoorden we de zwarte specht roepen. Heel duidelijk, en hij kwam precies boven ons op een dode boom zitten. Hier had hij zijn nest. Even waren ze met z’n tweeën. Tegen die tijd hadden wij al minstens 30 fotorolletjes volgeschoten. Langs hetzelfde pad zagen we diep in het bos een wild zwijn met een aantal biggen lopen. Dat was voor de meesten van ons een nieuwe ervaring. Even later zagen we ook nog edelherten.
Ook de raaf liet zich goed zien en een beetje horen.
Na de koffie met appeltaart gingen we naar het Deelerwoud. Op het pad viel al meteen het grote aantal meikevers op. Ook een prachtige hazelworm stak net over. Hier waren de gevolgen van de klimaatverandering duidelijk merkbaar: wind, regen, hagel en kou kwamen gelijkertijd op ons af. Maar wij zijn natuurlijk mannen (m/v) van staal, dus afgezien van wat roest hadden we nergens last van. Toen we na de bui schoorvoetend uit onze met jassen en paraplu’s geïmproviseerde schuilplaatsen kwamen, kwam een krachtige zon ons verwarmen. Dit ritueel zou zich nog enkele malen, zij het in mindere mate, herhalen. Een discussie over of we nu wel of geen goudvink hadden gehoord. We werden het eens op dat we hem zeker gehoord hebben. Nog een poos naar de bonte vliegenvanger gekeken. Nou ik heb hem geen enkele bonte vlieg zien vangen. Die vale gronden zijn helemaal niet zo slecht. Ik heb zelden zoveel bomen bij elkaar gezien.
Moe maar voldaan gingen we weer naar huis.
Soorten
Aalscholver, Boerenzwaluw, Bonte Vliegenvanger, Boomkruiper, Boompieper, Buizerd, Edelhert, Ekster, Fitis, Fluiter, Gaai, Gekraagde Roodstaart, Gierzwaluw, Glanskop, Goudvink, Grauwe Vliegenvanger, Groene Specht, Groenling, Grote Bonte Specht, Grote Lijster, Hazelworm, Holenduif, Huismus, Kauw, Kievit, Kneu, Koekoek, Koolmees, Kuifmees, Merel, Raaf, Ree, Roodborst, Roodborsttapuit, Spreeuw, Torenvalk, Veldleeuwerik, Vink, Wild Zwijn, Winterkoning, Witte Kwikstaart, Zanglijster, Zwarte Kraai, Zwarte Mees, Zwarte Specht, Zwartkop