Fijn dat u vogelaars helpt met dringende vragen.
Misschien geen psychologisch probleem maar wel een vraag die bij me opkwam, waar u wellicht antwoord op heeft..
Vogelgeluiden associëren we graag met andere geluiden, bijvoorbeeld de roep van de waterral met een gillend speenvarken, en die van de roerdomp met een misthoorn. Onwaarschijnlijk dat deze vogels dit geluid aan het nadoen zijn, maar dit is gewoon onze menselijke associatie. Natuurlijk zijn er wel degelijk veel vogels met nabootsingen: van de spreeuw die een fluitje van conducteur nadoet, tot zanglijster, spotvogel, bosrietzanger die andere vogels maar ook onnatuurlijke geluiden (ringtones) nadoen. Nu is er ook een groep vogels die zich beperkt tot het nadoen van één geluid: snor, sprinkhaanzanger, krekelzanger: de naam van de laatste twee maakt al duidelijk wat ze dan nadoen. Niet onwaarschijnlijk dat ze dit van echte sprinkhaan en krekel hebben gehoord. Maar nu de hamvraag, waarom zijn er geen vogels die het geluid van een kikker nadoen, toch een natuurlijk geluid dat veel (riet)vogels nu voortdurend om zich heen zullen horen..

Of zijn er wel vogelsoorten die het geluid van een kikker nabootsen?

Gert

Geachte G. van der H. (naam gefingeerd),

Hartelijk voor uw vraag. Uw vraag gaat over de biologie, en dan nog het stuk cognitieve gedrag van vogels en kikkers.

Het gedrag, ja zelfs uw gedrag, is gebaseerd op twee simpele elementen van de evolutie. Ten eerste dient het gedrag voordelen op te leveren voor het individu; ook wel het eigenbelang genoemd. Kijkend naar het zingen van vogels, of het voortbrengen van geluid in het algemeen, dan zien we dat het voordeel voor het individu heel divers lijkt. Maar feitelijk zijn er voor het individu slechts twee voordelen van belang : voortleven en voortplanten. Voortleven is de bekwaamheid om voldoende eten te bemachtigen terwijl je zelf niet tot voedsel dient. Voortplanten, en dan met name voor de luidruchtige mannetjes onder ons, is het verkrijgen van een tijdelijk genot waarna er een heleboel verantwoordelijkheden het korte plezier rijkelijk overschaduwen.

Ten tweede moet het gedrag voordelen opleveren voor de soort: “Blijft de soort bestaan met mijn gedrag ?”. Dat staat bekend als het algemeen belang. Er zijn maar weinig diersoorten die zich daarmee bezighouden; ook de mens is niet in staat gedrag te vertonen dat een voordeel voor de soort mensheid zou moeten opleveren. Neen, helaas, het gedrag van de mens is gebaseerd op eigenbelang: voortleven en voortplanten, net als dat van de kikker.

Om af te sluiten, u kijkt met de blik van een vogelliefhebber naar de dierenwereld. Vanuit dat perspectief denkt u dat de waterral het speenvarken nadoet. De waterral was er echter al veel eerder dan het speenvarken. Dus moet geconcludeerd worden dat het speenvarken de waterral na doet.

U zou uw hamvraag dus feitelijk moeten herschrijven in : “Zijn er kikkersoorten die het geluid van een vogel nabootsen?”.